- Huurauto
- Bed & breakfast (tenzij anders vermeld in het reisprogramma)
Op een steenworp afstand van de noordelijke grens van Zuid-Afrika, waar Botswana en Zimbabwe elkaar de hand schudden, ligt Mapungubwe National Park. Stel je prachtige zandstenen kliffen voor, weelderige mopanebossen, reusachtige baobabs en eeuwenoude vloedvlakten die overgaan in koele rivierbossen – het lijkt wel een filmset van de natuur zelf, maar dan een die de sporen draagt van menselijke aanwezigheid in de afgelopen 5000 jaar. Je ziet olifanten, giraffen, buffels, witte neushoorns, gemsbokken en een heleboel andere antilopen rondzwerven, om nog maar te zwijgen van de massa’s vogels. Als je geluk hebt, zie je zelfs enkele van de schuwere bewoners van het park, zoals hyena’s, luipaarden en leeuwen.
Stap terug in de tijd naar het allereerste koninkrijk van Afrika! Deze oude site, gelegen op Mapungubwe Hill, was tussen 1200 en 1290 na Christus een bruisende stad. Het koninkrijk behoorde toe aan het Shona volk en dat waren slimme handelaren die zaken deden met verre landen als China en India. In de 14e eeuw werd het koninkrijk echter verlaten. Een van de gaafste vondsten hier is de gouden neushoorn, een echt juweeltje dat laat zien hoe rijk dit vroege Afrikaanse koninkrijk was. Daarnaast legden archeologen nog tal van andere schatten bloot die eveneens getuigen van de enorme rijkdom en macht van dit koninkrijk.
Je kunt ook nog steeds een verbluffende erfenis van rotskunst (schilderijen en gravures) gaan bekijken, die door het San-volk werd achtergelaten. Vandaag de dag staat het Mapungubwe Cultural Landscape, dat de oude paleisruïnes en twee belangrijke sites omvat, op de Werelderfgoedlijst van UNESCO en maakt het deel uit van het Mapungubwe National Park.
Mapungubwe National Park herbergt een indrukwekkend wildbestand met olifanten, luipaarden, giraffen, elanden en gemsbokken als regelmatige verschijningen. Het park is ook een cruciaal toevluchtsoord voor enkele van de meest bedreigde grote zoogdieren ter wereld: zwarte neushoorns, wilde honden, cheeta’s en bruine hyena’s. Met een beetje geluk kun je ze allemaal zien, hoewel er veel verplaatsing van dieren is tussen Zuid-Afrika en de twee aangrenzende landen, Zimbabwe en Botswana, en de aantallen fluctueren.
Naast deze grote jongens leven er talloze kleinere soorten (zoals stekelvarkens en apen) en de reptielenfauna is net zo gevarieerd (denk aan pythons, schorpioenen en zwarte mamba slangen, om maar een paar enge soorten te noemen!)
Je kunt deze overvloed aan wilde dieren verkennen tijdens wandel- en trektochten, en natuurlijk zijn game drives een must (bij zonsondergang of zelfs ’s nachts!). Bovendien heeft het park een aantal coole extra’s, zoals voetafdrukken van dinosaurussen en enorme baobabs – waarvan eentje met een omtrek van maar liefst 31 meter! Size does matter, als je een baobab bent!
Het dichtstbijzijnde (binnenlandse) vliegveld is Polokwane, op ongeveer 200 kilometer of 3 uur rijden van het park. Het dichtstbijzijnde internationale vliegveld is Johannesburg (OR Tambo), van waaruit het ongeveer 5 uur rijden is naar Mapungubwe.
Het klimaat is halfdroog met een gemiddelde jaarlijkse neerslag van 350 tot 400 mm. De gemiddeld 10 regendagen per jaar vallen allemaal tijdens de zomermaanden (december tot maart), wanneer de temperaturen soms oplopen tot 45°C. Toegegeven, de zomer kan heet zijn, maar het is nog steeds draaglijk en aangenaam als je je game drives vroeg in de ochtend of laat in de middag plant (wat sowieso de meest lonende tijdstippen zijn). De winters (juni tot september) zijn mild.
Eigenlijk altijd. Maar als je echt niet van de hitte houdt, is het verstandig om de zomermaanden over te slaan. Een prachtige tijd om Mapungubwe te bezoeken is van maart tot mei na de regens, wanneer de lucht stofvrij is.
Mapungubwe National Park, gelegen in het noorden van Zuid-Afrika en grenzend aan Zimbabwe en Botswana, staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO en wordt geroemd om zijn rijke geschiedenis en prachtige landschappen. Naast de archeologische schatten biedt het park een grote verscheidenheid aan wilde dieren (het is de thuisbasis van vier van de Big Five, zonder de Kaapse buffel) en uitzonderlijke mogelijkheden om vogels te spotten.